Hoewel de Stadsschouwburg en de Philharmonie in Haarlem al maanden dicht zijn, was het er allesbehalve rustig. Er is hard gewerkt om de gebouwen zo in te richten dat bezoekers veilig naar voorstellingen kunnen.
In eerste instantie ging Steven Houtman, hoofd Theatertechniek & Gebouw, uit van een sluiting van drie weken. Dat leek hem een goede gelegenheid om onderhoudsklussen naar voren te halen: “We hebben geschilderd, schoongemaakt, installaties vervangen. Het theater ziet er mooier uit dan ooit, maar de zalen blijven nu helaas langer leeg.”
Een team van vijftien mensen regelt het hele seizoen door alle logistiek en techniek achter de schermen. Voor elke voorstelling moeten lampen en decorstukken op de juiste plek hangen en in het gebouw moet het behaaglijk, droog en veilig zijn. In coronatijd is ‘veilig’ een beladen woord geworden: hoe kan het publiek zonder risico op besmetting straks weer naar het theater?
Frisse lucht
In ieder geval zullen er veel minder mensen in de zaal zitten. In plaats van maximaal 1.200 in de Grote Zaal misschien 300; er is nog veel onduidelijk. Voor de theatertechniek maakt dat weinig uit, vertelt Steven. De akoestiek verandert misschien iets, “maar je moet nog steeds vanaf elke stoel het geluid goed kunnen horen. We zijn vooral bezig met de veiligheid voor het publiek en voor onszelf, en daarbij leggen we de lat hoog. Onder normale omstandigheden recirculeren we een deel van de lucht in een zaal om warmteverlies te voorkomen. Dat kan nu niet, omdat besmettingen vooral binnen gebeuren. Het luchtbehandelingssysteem is dus zo ingesteld dat er tijdens een voorstelling voortdurend frisse lucht van buiten komt.” Hoe het nieuwe cultuurseizoen gaat lopen hangt af van hoe het virus zich ontwikkelt. “We blijven hoe dan ook aan de veilige kant.” Dat kleine optredens nu snel uitverkopen, stemt hem hoopvol: “Daarmee kunnen we alvast oefenen, zodat alles uitgebreid is getest bij de start van het nieuwe cultuurseizoen.”
Voor programma, voorstellingen
en meer informatie, kijk op theater-haarlem.nl.